Om je motorrijbewijs te halen moet je slagen voor twee praktijkexamens. Het eerste praktijkexamen bestaat uit het laten zien dat je de motor goed beheerst. Om dit te toetsen laat de examinator je, op een afgesloten oefenterrein, zeven oefeningen doen. Vijf van deze oefeningen moet goed gaan. Daarbij mag je elke oefening één keer opnieuw doen als het de eerste keer niet lukt. Heb je dit eerste praktijkexamen gehaald dan mag je het eindexamen (Verkeersdeelneming) afleggen. Als je in het bezit bent van een geldig autorijbewijs hoef je het afleggen van het 1e praktijkexamen (Voertuigbeheersing) nog niet geslaagd te zijn voor het motor theorie examen. Op de dag van het eindexamen (Verkeersdeelneming) moet je wel in het bezit zijn van een geldig theoriecertificaat voor de motor. Het eindexamen word afgenomen vanaf de Druiventros in Berkel-Enschot en duurt ongeveer 50 minuten. Bij dit examen kijkt de examinator of je de theoretische kennis en je beheersing van de motor ook in het verkeer goed toe kunt passen.